Maandag zullen we teruggaan naar Nederland voor de begrafenis van oma Van der Velde. Nu zitten we nog in Servië en ook al is oma overleden, de Serviërs doen hun best om het voor ons zo goed mogelijk te maken. De dagen zitten hierdoor erg vol. Op donderdag werden we meegenomen naar Novi Sad. Na een rondleiding in het fort, werd besloten dat het weer beter geschikt was voor een duik in de rivier de Tisa (of Tisza). Het water was heerlijk en het was een goede afkoeling. Zelfs de Serviërs vinden het weer erg warm en naar verluidt is dit ook een warmere zomer dan normaal. Toch wilden twee andere Serviërs in onze airconditioningloze Spoetnik mee om ons een grot, twee kloosters en een waterval te laten zien. De grot was prachtig, vergelijkbaar met de grotten van Han. De kloosters, uit de veertiende eeuw, lieten de Servische geschiedenis zien. De fresco’s die de tijd overleefd hadden, hadden ook de Ottomanen overleefd. De waterval was gelukkig nog niet verdampt door de zon en op het meest idyllische plekje was een tafeltje vrij en konden we wat eten. Daar zaten we dan onder de waterval een berg eten weg te werken, want Serviërs zijn erg bang dat je met trek weggaat. Leuke bijkomstigheid: een zanger van het Eurosongfestival zat in hetzelfde restaurant te eten (google Euro Neuro voor beeldmateriaal). En Servië zou Servië niet zijn als er ook nog wat random dingen gebeuren. Zoals een trekker met een aanhanger die net niet onder de elektriciteitskabels door kon en waarbij een jongen met een houten stok de kabels vanaf de grond omhoog hield zodat de trekker er wel onderdoor kon. Of een tankstation met harde popmuziek en meisjes in interessante kleding met het merk van het benzinestation erop die dan je ramen komen zemen. Of, omdat het vroeg donker wordt, dat je ‘s avonds een vuurwerkshow ziet omdat er iemand trouwt. Of wanneer je dan de Serviërs afzet en je dan toch moet meekomen omdat de eerste rakija gemaakt is en je als eerste de rakija moet proberen. En dat je dan om twee uur ‘s nachts met een andere Serviër Game of Thrones en Inferno bespreekt. Terwijl de achterbak inmiddels volligt met versgeoogste tomaten, verse rakija en ons hoofd met mooie herinneringen en vol goede wensen voor onze terugreis naar Nederland.