Daar sta je dan in de regen om acht uur ‘s morgens bij een supermarkt net over de Oostenrijkse grens om je ontbijt te regelen na een nacht rijden. Triester kon het weer niet zijn. Als bewijs nog even de buienradar: zoek Oostenrijk.
Rond de lunch zijn we in Wenen aangekomen en omdat we nog niet in ons hotel konden, hebben we een paar uurtjes slaap gepakt op de parkeerplaats. Het kalmerende geluid van het getik van regen, geen remmen waardoor je knikkebollend wakker schiet: het was het beste hazenslaapje wat we konden krijgen.
Om de vakantie geheel in stijl af te trappen hebben we koffie (oke, en chocolademelk) gedronken in een Weens koffiehuis met onze eigen krant uit Nederland. Burgerlijker kan bijna niet, maar heejj, we zijn los van thuis, werk, routine en sleur.
Genoeg nieuwe prikkels zou u dus zeggen. Maar toen moesten we nog avondeten en daar kwam toch echt weer een déjà vu om de hoek zetten. Weet u nog dat we al een keertje eerder in Oostenrijk Aziatisch hebben gegeten in een winkelcentrum? En vervolgens dit trucje met veel succes herhaalden in Finland?
U voelt ‘m waarschijnlijk al aankomen. Op een of andere manier belanden wij gewoon elke keer in een uitgestorven winkelcentrum waar zich dan ons Aziatisch eten bevindt. En ook vanavond bleven we trouw aan onze inmiddels eigen, licht ongewenste traditie.
Het was dit keer wel wat drukker, maar ook hier kwamen weer alle varianten van sociaal ongemak voorbij: thee die op is, gewaarschuwd worden door de serveerster dat het gerust een uur kan duren voor het eten komt, bestek dat vergeten wordt en vervolgens nog een keer vergeten wordt (de ober werd afgeleid door een collega) en als klap op de vuurpijl een verkeerd drankje krijgen. Het voelde als vanouds. We zijn echt op vakantie.