Het onvervalste stukje Sovjet dus. Eerst een kleine opfrisser: Kaliningrad is een Russische exclave (enclave buiten het eigen land zeg maar) in Europa. Ja, u leest het goed: boven Polen, links naast Litouwen ligt een stukje Rusland. Sinds kort is het vrijgegeven voor e-visa. Dat betekent: een gratis visum, geen uitnodiging, snel reactie. Een laagdrempelige manier om Rusland in te komen. Waarom dan Sovjet hoor ik u denken? Dit stukje Rusland is lang afgesloten geweest, ook voor Russen zelf. Dit deel is namelijk Duits geweest en na de Tweede Wereldoorlog is het opgeëist door de Russische Sovjets die hier decennia lang hun militaire bases hadden om de hoek van Denemarken. Alleen met hele speciale vergunningen mochten de Russen het gebied in, buitenlanders mochten hier niet eens van dromen. Ondertussen hadden de Russen die het daar voor het zeggen hadden alle Duitsers verdreven of laten verdwijnen en hetzelfde gebeurde met de stad Koningsbergen, het huidige Kaliningrad. De ‘oude’ kerk (opgebouwd na de oorlog) die er nu nog staat is vrijwel het enige gebouw in de wijde omtrek dat herinnert aan de Duitse geschiedenis. Lang was deze geschiedenis ook taboe, maar de Duitsers die verdreven zijn komen vandaag de dag terug om naar ‘hun’ stad te kijken. De Russen zien toch meer brood in dit toerisme dan in dit stilzwijgen en zodoende is er vandaag de dag weer hier en daar ruimte voor Duitse dingetjes. Dit gebied is dus nu (sinds 1 juli) vrijgegeven voor e-visa. Hier moesten we natuurlijk naartoe en het lag ook nog op de route. Jeejj!
We bogen vanuit Riga af naar het zuiden en daarna naar het westen. Bij Klaipeda (aan de Litouwse kust) namen we het pontje. Dan begint hier de topografische opfrisser. De Oostzee is de zee die grenst aan Kaliningrad en de Baltische staten. Dit is een bijzonder gebied. Het zeewater is namelijk niet zout maar brak, waardoor de bomen tot aan de kust groeien. Daarnaast zijn er door de stroming en wind zogenaamde schoorwallen en haffen ontstaan (voor mijn collega’s: haf met een ‘f’ en lidwoord ‘het’). De schoorwal is een soort duinenrij in zee en het haf is het water wat erachter ligt. In totaal zijn er in de zuidelijke bocht van de Oostzee drie grote haffen met elk een landgrens eroverheen. In het Koerse haf mondt de rivier de Memel uit en dit is de grootste haf van de drie. Hier ligt een nationaal park en ‘toevallig’ kruiste onze route dus dit haf. Het pontje bij Klaipeda bracht ons naar het noordelijke puntje van de schoorwal en vanaf daar was het rechtdoor rijden (iets anders kan ook niet, want het is een smal gebied).
Het weer was prachtig (dreigende luchten, zon, lekker temperatuurtje) en de natuur mooi. Halverwege het haf stuitten we op de Litouws-Russische grens. Het was wat drukker dan verwacht maar in drie uur waren we eroverheen. Het e-visa werkte, we waren in het oblast Kaliningrad. Deze kant van het park was minder verzorgd, maar niet minder mooi. Een uurtje of twee en een vos, kraanvogels (?) en wat zwanen later waren we dan in de stad Kaliningrad. Waar in Riga de geschiedenis stopte in 1940, begint die van Kaliningrad in 1945. Strikt genomen klopt dat ook, maar het blijft toch wel vreemd om oude Duitse foto’s te zien van het oude centrum en dan nu de grauwe Sovjetflats te zien. Zelfs het oude stratenplan is niet intact gelaten. Het frappante is dat de Russen er ruiterlijk voor uitkomen dat het oude Koningsbergen in geen enkel opzicht lijkt op het huidige Kaliningrad, maar over de oorzaak van dit contrast blijft het angstvallig stil.
In een nep Duits vakwerkhuis dronken we onze laatste zure fruitthee (o, wat gaan we dat missen) en het was tijd om naar Polen te rijden. Laat ik hier dan ook van de gelegenheid gebruik maken om de naam van Oekraïne en Rusland te zuiveren als het aankomt op douanecontroles. Dit zijn niet de landen die het moeilijkst doen (oke, we waren blij dat we onze e-visa hadden geprint (leuke paradox)). Deze landen weten wat ze willen en doen dit op een soort van efficiënte manier. De Polen daarentegen…
De Polen werken niet echt scrum zeg maar. Ze werken met plukjes auto’s die in een keer allemaal naar voren moeten komen. Wat ze verder doen is ons nog steeds een raadsel. Feit blijft dat dit onze een na langste grensovergang werd waarvan de Polen ruim drie uur en driekwartier voor hun rekening namen, waar de Russen maar drie kwartier nodig hadden. Over schrille contrasten gesproken. Na deze dag lag ons bed in Gdansk toch wel erg lekker.