Dag 6 – Voor herhaling vatbaar (Kiev, UA)

Vandaag gingen we naar iets wat het equivalent zou kunnen zijn van het Arnhems openluchtmuseum, maar dan op z’n Oekraïens. Dit museum is een luttele 150 hectare groot met allerlei traditionele gebouwen uit allerlei Oekraïense streken. Voor de broeders was dit de eerste keer, Mrs. en Mr. De Mol hadden vergelijkingsmateriaal. De vorige keer was het museum bijna niet te vinden op internet of op de navigatie. Nu wel. De parkeerplaats was vol. De parkeerwachter duurder en we waren nu niet de enige buitenlander. Het enige wat niet veranderd was, was de onwil om te helpen bij het personeel. Dit museum wordt heel erg zeer waarschijnlijk door de overheid gesubsidieerd, dus ze spreken er Oekraïens en niets anders dan Oekraïens. Op zich niet erg, maar dan zou het wel lief zijn als je of langzamer praat, of duidelijker. Enfin, we kwamen binnen. Daar wachtte ons een mannetje op dat plattegronden verkocht en hele foute grappen maakte. Helaas hadden we toch een plattegrond nodig, dus gaven we hem toch maar die vijf hrivnya. Nu kon de ontdekkingstocht beginnen. De broeders leken goed vermaakt te worden.

In tegenstelling tot twee jaar terug waren er hier en daar nu wel pinautomaten te zien en konden we nu ook ons talent beproeven op een traditionele Oekraïense hoorn. Het verschilde per huisje hoe bereidwillig mensen waren uitleg te geven en ook hoeveel geld ze verdienden om last te hebben van Oekraïense principes. Een vrouwtje hield een gastenboek bij en wilde een berichtje in het Nederlands hebben, een andere meneer wilde per se Engels spreken, nog een ander mannetje vertelde dat hij Nederland kende en bracht ons wijselijk bij (in het Oekraïens) dat we niet moesten zeggen dat we uit Holland kwamen, maar uit Nederland, want Holland was maar een deel van Nederland. Verder kregen we uitleg in het Russisch (“kijk, hier is de Russische vertaling”), onomatopeën (“daar staan de bèèhèè”) of alleen Oekraïens (“Slava Oekrainy!”). Het weer was lekker en de warmte goed te doen. Kortom, het was een heerlijke dag.

Dag 5 – Stralend weer, 26 graden (Tsjernobyl, UA)

Deze stond al heel lang op ons lijstje en vandaag was het zo ver: Tsjernobyl. Dat betekende dat we ‘s morgens om half acht op een afgesproken plek in Kiev moesten zijn. Nu is Kiev even praktisch als New Delhi, dus met de auto was niet handig, lopen was te ver en OV te onvoorspelbaar. Er bleef nog maar een optie over: de befaamde marshrutka. Ze laten je nooit in de steek, ze zijn goedkoop en functioneel: de marshrutka. Voor de zekerheid gingen we toch extra op tijd weg, maar doordat alles wederom gesmeerd ging, waren we een halfuur te vroeg. We zagen een busje staan en vroegen aan de chauffeur of hij onze gids was. Nee, dat was hij niet. Totdat de chauffeur bedacht dat hij vandaag naar Tsjernobyl ging rijden en wij misschien wel toeristen konden zijn die vandaag naar Tsjernobyl gingen… Maar wat waren we vroeg? Hij had ons nog niet verwacht. Op de vraag of hij dat vervelend vond zei de chauffeur dat hij dit beter vond dan laatkomers. Toen we bus in klommen zagen we dat we voor vandaag wel goed zaten: leren stoelen, usb-oplaadpoortjes, WiFi, een gestikt leren plafond, oftewel: onvervalste Oost-Europese kitscherige luxe. Na de chauffeur kwam er nog een man. Deze man keek erg gestresst en was erg gehaast. Vlug checkte hij onze paspoorten. Vragen konden we hem beter niet stellen. Ik mompelde al iets over een onsympathieke uitstraling voor een gids, maar passend bij onze bestemming: Tsjernobyl is ook niet om te lachen. Om een paar minuten voor half acht verdween deze meneer en kwam er een aardige, jonge Oekraïener aan. Dat zou een goede gids zijn en hij bleek dus ook onze gids te zijn. We konden nu snel vertrekken, wat onze chauffeur dan ook vrij letterlijk deed. Met een recordsnelheid reed hij de stad uit richting het noorden. Gelukkig zaten we in een luxe busje, anders had een van ons vieren een bingo gehaald op de hernia-bingokaart. Na anderhalf uur bossen, velden, kleine dorpjes en een slechte documentaire naderden we de eerste checkpoint. Iedereen liet zijn ticket en paspoort zien en we mochten door. We waren de 30-kilometerzone ingegaan. We kregen de regels te horen en een deel van onze groep leek vandaag als missie te hebben die allemaal te breken. Laten we dit deel van de groep de chili- en Amerikaanse sausen noemen. De eerste regel die je hoort als je meegaat is de regel over lange mouwen. Het Amerikaanse sausje vond dit erg lastig, want een driekwartsbroek blijkt in dit deel van de wereld geen lange broek te zijn. De tweede en derde en vierde regel is: blijf bij de gids, raak niets aan en ga nergens naar binnen. Deze regels werden tot op het irritante af geschonden door de sausjes. Zeker het chilisausje bleek een neurotisch rebels trekje te hebben waardoor hij constant kwijt was. Niet grappig in een gebied als Tsjernobyl. Kun je last van krijgen (van die fijne soldaten bij de checkpoints) als gids, en als groep.Goed, los van de sausjes, was de trip zeer de moeite waard. De eerste stop was het stadje Tsjernobyl zelf. Hier stond ook een monument voor alle dorpen die geëvacueerd moesten worden. En bij dat monument drong de omvang van die operatie door. Er liggen nogal wat dorpen in een cirkel met een straal van 30 kilometer. De route volgde naar het Rode bos. Dit bos stierf direct door de radioactieve wolk die hieroverheen dreef. Alles is gekapt, maar het ziet er nog steeds niet gezond uit. Iets verderop lag dan toch echt de kerncentrale waar het allemaal begonnen is. Voor degenen die de HBO-serie Chernobyl hebben gekeken: het is wel een beetje onwerkelijk om op dezelfde plek te staan waar zo rücksichtslos met mensenlevens is ongegaan om een grotere ramp te voorkomen (het smelten van de kern in het grondwater). Nu ligt het er bijna idyllisch bij en de veiligheidsmaatregelen zijn enorm. In de eerste dagen na 26 april 1986 niet echt zeg maar. Naast allerlei veiligheidsmaatregelen zijn er ook allerlei restricties op wat wel en niet te fotograferen en dat brengt je dan weer terug naar Oost-Europa. Wel een foto van het hypertechnische wonderkindje de sarcofaag, niet van de niet-meer-in-gebruik schoorstenen er net achter. Je vraagt je toch af wat interessanter is voor de veiligheidsdiensten van de Russen (die hier overigens niet mogen komen, de Russen dan. Veiligheidsdiensten mogen hier denk ik sowieso niet komen). Onze reis ging hierna verder naar Pripyat, een model Sovjetstad. Uiteraard hebben we het hotel, de supermarkt, de school, het kinderdagverblijf, de kermis, het stadion en de flats inclusief achtergelaten spullen gezien. Maar wat meer indruk maakte was de overwoekering die in dertig jaar zo genadeloos toesloeg. Wegen waren niet meer herkenbaar. En het duurt waarschijnlijk nog maar een paar jaar voordat de eerste gebouwen ook echt gaan instorten (daarom heb je bijvoorbeeld een regel vier). Hier waren we gok ik voor de derde keer ons chilisausje kwijt. Het werd tijd voor lunch en we kwamen aan bij een onvervalste stolovaja (een Sovjetkantine). Een prakje met rijst, vlees en iets onbestemds stond klaar, maar voordat we naar binnen mochten moesten we eerst gescand worden op radioactiviteit. Gelukkig kwam iedereen, inclusief onze sausjes, door de keuring. Na de lunch wachtte ons nog een geheime militaire basis die niet meer zo geheim is. Hier staat een zogenaamde Russische specht, een gevaarte van 150 meter hoog en een kilometer lang. Toen het ding het nog deed was het een radar die het geluid van een specht maakte. Hier raakten we voor de zoveelste keer ons chilisausje kwijt en de gids begon een beetje klaar te zijn met het gedrag van het chilisausje. Gelukkig was het chilisausje zo opstandig dat de gids zijn gevoelens niet heeft gekwetst.Nu restte ons alleen nog een Leninbeeld. Hiervoor moesten we de 10-kilometerzone weer voor uit en moesten we weer gescand worden. Als het hekje niet openging, moest je met je schoenen door een bak met water net zolang tot je wel schoon bent. Maar we kwamen weer allemaal ongeschonden door de keuring. Na nog wat foto’s bij het standbeeld van Lenin begonnen we weer aan de terugreis. Alleen nog de laatste checkpoint en keuring van de 30-kilometerzone en we hoefden geen lange mouwen meer aan. De sausjes konden weer doen wat ze wilden (wat ze vreemd genoeg toen niet meer deden) en we mochten de grond weer aanraken, zitten, doen alsof we in een attractiepark waren en dingen meenemen. Wat een groot verschil kan een slagboom toch maken.Een kleine twee uur later waren we weer terug in Kiev, waar het aantal microsievert per uur hoger is dan in Tsjernobyl. Hoe besmet zijn we na een dag als vandaag? Een uur vliegen en je krijgt meer radioactieve deeltjes binnen. Wat dat betreft is Tsjernobyl erg schoon. Wij zouden ons meer druk maken om de zone om die 30-kilometerzone…