Het werd een bijzondere dag. De Grote Leider, Mr. De Mol, had namelijk kiespijn en de Nederlandse tandarts dacht dat de kies verloren was en raadde ons aan om maar even langs een Russische tandarts te gaan om de kies te laten trekken. En zo begon de dag. Eigenlijk zouden we met z’n allen naar het Tretjakov gaan voor een tentoonstelling over de schilder Repin, maar in plaats daarvan werden de twee gebroeders met een route en instructies op weg geholpen en wij begonnen met een jacht op een tandarts die ons kon helpen. De gebroeders genoten van de wandeling naar het Tretjakov, wij genoten van allerlei varianten van wachtmuziek en terwijl de broeders de verkeerde ingang namen en daardoor een stukje rij afsneden, vonden wij een tandarts die ons om half vijf kon helpen en die Engels sprak (bij medische dingen toch fijn). De gebroeders genoten van de tentoonstelling en wij van de chocolaatjes die we bij de thee bij de tandarts kregen. Nog voor half vijf werd meneer geholpen bij de tandarts en een foto en wat getik op de kies later, mochten we betalen: 2000 roebeltjes (delen door 70) en we kregen medicijnen, advies (“de vorige tandarts heeft het niet goed gedaan”), een vertaling, thee en chocolaatjes en een geruststelling: de kies hoefde niet getrokken te worden, er zit een flink gaatje onder de vulling van de kies en dat mag in Nederland goed gerepareerd worden.
En toen was het half zes. Hadden we al verteld dat we om zeven uur in het Bolsjoj Theater werden verwacht en dat Moskou een freaking grote stad is…
Nou ja, dat dus. Gelukkig kwamen we op tijd bij het theater, waar het ontzettend druk was. Schuin voor ons liepen Nederlanders die werkelijk elke stap om in het theater te komen fout deden: ze stonden bij de verkeerde ingang, spraken geen Russisch en begrepen dus niet waar ze wel naartoe moesten. Bij de veiligheidscheck liepen ze meteen door (nooit, maar dan ook echt nooit, een meneer met een uniform negeren bij dit soort dingen). En bij de garderobe probeerden ze voor te dringen bij ons. De meneer van de garderobe vrat dat niet en brieste in vrij duidelijk Russisch dat ze ergens anders naartoe moesten. Dit Russisch begrepen ze natuurlijk niet en het Russisch-Engelse Njekst was natuurlijk ook vreemd, maar met een bruusk handgebaar konden ze er niet meer omheen: hun jassen moesten ergens anders hangen worden en die van ons waren goed bevonden om nog wel bij deze meneer in behandeling te worden genomen.
Toen we bij onze plekken aankwamen zat er een gezinnetje voor ons. Op zich was dat geen probleem maar de mevrouw kon niet stil zitten en dat was irritant. Maar hé, als je op een balkon in het Bolsjoj zit en kijkt naar het mooiste ballet dat er is, waarom zou je dan nog zeuren?
Gerards kies dacht er anders over…