Zondag
Vlak na het schrijven van de vorige blog gingen we naar een bijbelstudie bij kennissen van de leiding uit de omgeving. Op de heenweg werden we omgeleid in verband met een aanrijding. Er was een ongeluk gebeurd met een taxi en iemand die de snelweg via een zebrapad overstak. Nu rijden taxi’s nog harder dan de hardrijdende Oekraïners en zijn er (inderdaad!) zebrapaden op de snelwegen en daar zagen wij de gevolgen daarvan.
Maandag – Kinderziekenhuis
Maandag zijn we ‘s morgens naar het kinderziekenhuis geweest. De kinderen waren zo blij met simpele dingen als stickers, papieren vliegtuigjes en ballonnen. Verschillende kinderen kwamen bloemen geven en bleven knuffels geven. Het ziekenhuis is een schril contrast met Kiëv waar we aan het eind van de middag waren.
Maandag – Kiëv
Na het kinderziekenhuis zijn we dus naar Kiëv afgereisd. Dure auto’s, veel luxe winkels. Natuurlijk hebben wij ook maar een deel van Kiëv gezien, maar alles ademt meer ‘ontwikkeling’ dan waar we verblijven. Toch is niet alles modern. De metro leek uit de Sovjettijd, net als de dame die de kaartjes verkocht, de conductrice, de roltrappen en de imposante stations.
Waar je euro’s in heel Oekraïne vier keer zoveel waard zijn heeft Kiëv Europese prijzen. Behalve het voedsel (we aten geweldig voor 3 euro p.p.) zijn veel producten net zo duur of juist duurder dan in Nederland.
Dinsdag – Werk!
Vandaag zijn we volop aan het werk geweest. De mannen hebben voorbereidingen getroffen voor het zetten van de fundering van een kas waarin de bewoners van de verslavingsklinieken groenten kunnen verbouwen. Dit werk liep zelfs voorspoediger dan gedacht en dat met name doordat de bewoners ontzettend goed doorwerkten.
De vrouwelijke helft van de groep is bezig geweest met het onderhoud van het hek dat Het Baken omringt.
Ondertussen heeft Gerard z’n Russisch opgevijzeld door werkelijk iedere Oekraïner het hemd van het lijf te vragen. De Oekraïners vinden het prachtig.
Tot morgen!